Propagatienieuws – week 29, 2022

PropagatienieuwsDeze week in Propagatienieuws:

Propagatienieuws wordt samengesteld door Tom Koeken (PC5D).

HF

Afgelopen week was bijna een herhaling van week daarvoor, met sterk wisselende condities.

Afgelopen vrijdag was er een merkbare demping op de lagere banden ten gevolge van een snelle zonnewind. Dit verschijnsel heeft zich de afgelopen week voortgezet. Maar ook de bovenste banden werden sterk aangetast. Op dinsdag hadden we duidelijk verstoorde geomagnetische condities met een Kp-index van 5; de ionosfeer had tijd nodig om te herstellen. Dit was goed te zien aan de maximaal bruikbare frequentie voor een afstand van 3.000 km (MUF3000), die gedeeltelijk tot 5 MHz onder de verwachte waarden lag. Daardoor waren de DX-mogelijkheden tijdelijk sterk beperkt.

Maar ook de activiteit van de zon is in de afgelopen week sterk afgenomen. De zonnefluxindex daalde van de piek van 171 vorige week tot 114 op zaterdag. Dit weekend krijgen we nog de naweeën van een uitstoot van coronale massa (CME) die op 21 juli de zon verliet. De stormwolk werd door een zonne-tsunami naar de aarde geslingerd en leidde tot een wat steviger aardmagnetische storm (G2) en een Kp-index die 6 aantikte.

Tegelijkertijd hebben we te maken met een snelle zonnewind, met snelheden van meer dan 600 km/sec, waardoor de storing die de propagatie beïnvloedt tot het begin van de week zal aanhouden. Bij negatieve Bz zijn verdere verstoringen mogelijk.

HF-vooruitzichten

NOAA verwacht dat de zonnefluxindex nog wat zal dalen tot net boven de 100. In het beste geval bereikt de MUF3000 maximumwaarden rond 18 tot 24 MHz overdag en een maximum van 10 tot 14 MHz ’s nachts.

Er zijn momenteel zeven zonnevlekgebieden op de zichtbare zonneschijf, maar geen daarvan heeft een opvallend uiterlijk of magnetische complexiteit. Door de rotatie van de zon zal hun aantal afnemen. 20 en 17 meter zijn overdag de voorkeursbanden voor DX, banden daarboven zijn vaak open via sporadische-E. In dat geval zijn sterke Europese signalen te horen op de HF-banden, maar dit is niet goed voorspelbaar. Wanneer de atmosfeer rustig is, zijn de propagatie-omstandigheden op de 60m-, 40m- en 30m-band net zo interessant.

Haal het beste uit het Es-seizoen zolang het duurt, want we hebben misschien het beste ervan gezien, en we kunnen geen opleving in F2-laagpropagatie verwachten voor midden tot eind september.


Om in de toekomst radioweervoorspellingen nog nauwkeuriger te maken, heeft het Defense Advanced Research Project Agency (DARPA) de eerste oproep tot het indienen van voorstellen voor zijn Ouija-programma gepubliceerd. Het project zal gebruikmaken van sensoren op satellieten in de buurt van de aarde om nieuwe inzichten te verwerven in de voortplanting van korte golven in de ionosfeer. Door de hoge dichtheid van geladen deeltjes is de voortplanting van signalen in de ionosfeer moeilijk te voorspellen. Continue monitoring van de ionosfeer op een hoogte van 250 tot 400 km zou het voor het eerst mogelijk maken korte-termijnvoorspellingen in real time te doen, gedetailleerd in tijd en ruimte. Tegen eind 2025 staan in totaal zes satellieten gepland.

Lees verder in ons eerdere artikel: DARPA: satellieten om de ionosfeer te bestuderen en propagatie te voorspellen


VHF en hoger

Op basis van de weerkaarten is wind over land te verwachten met hooguit redelijke tropocondities. Buien kunnen op de GHz-banden regenscatter-kansen brengen.

Sporadische-E (Es)

Het Sporadische-E-seizoen gaat gestaag verder met afgelopen week een kleine opleving, wat enkele sterke signalen vanuit Zuidoost-Europa bracht. Verrassend was om vrijdagavond CO8LY op 6m te horen in FT8.

De Kp-index is daarna opgelopen tot 5, wat meestal een beperking van Es-mogelijkheden tot gevolg heeft. Toch werden op dat moment nog enkele openingen gemeld.

Een zwakke straalstroom boven het Verenigd Koninkrijk kent enige activiteit. Het meest interessante is de bovenste trog, die over Denemarken beweegt, en net aan de voorkant is waar de meeste van de huidige paden zich voordoen. Dit opent mogelijkheden richting de Baltische staten en Finland en zuidoostelijk naar de Balkan.

Paden naar het zuiden lijken ook mogelijk vanwege de zwakke straalstroom over Frankrijk. Ze bieden mogelijk paden naar Spanje en het centrale Middellandse Zeegebied.

De Atlantische Oceaan heeft ook een aantal zwakke straalstroomsegmenten die kunnen combineren en daardoor tot multi-hops naar de Verenigde Staten kunnen leiden. Tot slot is er een vergelijkbare straalstroom over Noord-Rusland voor paden naar het Verre Oosten, hoewel dit venster nu waarschijnlijk het einde van zijn tijdslot nadert.

Meteoorscatter

Met vier kleine meteorenregens die rond de 28 juli tot 30 juli hun hoogtepunt bereiken, is meteoorscatter het proberen waard, vooral rond zonsopgang.

EME

Als de maan aanstaande dinsdag het verst van de aarde af staat (apogeum), is de maandeclinatie maximaal. De EME-tijdvensters zijn dan dus lang en de padverliezen op hun hoogst. De 144MHz-ruis is de hele week laag tot matig. Op donderdag staan de zon en de maan echter dicht bij elkaar, wat EME erg moeilijk maakt vanwege de zonneruis.

 


Over zonnefluxindex, zonnevlekkengetal en Kp-index

De zonnefluxindex (SFI) is een maat voor de ionisatiegraad van de ionosfeer. De SFI heeft een waardenbereik van 50 tot 300. Lage waarden signaleren doorgaans slechte of matige HF-condities en hoge juist goede (een hoge MUF). Tijdens de piek van een zonnevlekkencyclus meten we waarden van meer dan 200, met kortdurende uitschieters naar 300.

Het zonnevlekkengetal is een maat voor de activiteit van de zon. Ook nu geldt, hoe hoger de waarde, des te gunstiger voor de HF-propagatie (op hogere banden). De zonneactiviteit kan als volgt ingedeeld worden aan de hand van het zonnevlekkengetal: laag: 0-30, gematigd: 30-60, hoog: 60-90, zeer hoog: 90-120, intensief: > 120.

De Kp-index is een maat voor de magnetische fluctuaties in de ionosfeer. Lage waarden zijn gunstig voor de HF-propagatie. Vanaf een waarde van 2 beginnen HF-condities te degraderen. Boven de 5 is er sprake van ernstige verstoring en vanaf 7 kunnen zelfs radio-blackouts voorkomen, waarbij HF-communicatie volledig uitvalt. Bij hogere Kp-indexwaarden (vanaf ongeveer 3) neemt de kans op aurora overigens toe.

De beste HF-condities op de hogere banden zijn dus te verwachten bij een hoge zonnefluxindex, een hoog zonnevlekkengetal en een lage Kp-index.

Over maximaal bruikbare frequentie (MUF) en kritische frequentie

De maximaal bruikbare frequentie (MUF) is de frequentie waarbij de verwachting is dat radiosignalen nog zullen reflecteren tegen de ionosfeer voor paden van 3000 km. Voor paden korter dan 3000 km zal de MUF lager zijn omdat de opstralingshoek steiler is, waardoor radiosignalen makkelijker door de ionosfeer heen dringen.

De frequentie waarbij nog reflectie optreedt terwijl de opstralingshoek 90 graden is (verticaal), heet de kritische frequentie.

 


Tom PC5D stelt het propagatienieuws samen. Bij de samenstelling maakt hij onder andere gebruik van de voor Nederland relevante informatie uit de volgende bronnen: het wekelijkse RSGB Propagation News, DX Info Centre, HF-Referat DARC, Poollicht.be en Make More Miles on VHF. Propagatienieuws maakt ook deel uit van het radiojournaal van de Zuid-Limburgse zondagochtendronde. De audio-opname van deze ronde is terug te luisteren op a22.veron.nl.