Propagatienieuws – week 33, 2022


PropagatienieuwsDeze week in Propagatienieuws:

Propagatienieuws wordt samengesteld door Tom Koeken (PC5D).

HF

De activiteit van de zon was afgelopen week op verschillende manieren duidelijk merkbaar. De week begon met een toename van de zonnefluxindex tot boven 130. Dit leidde tot een flinke stijging van de MUF en dus tot merkbaar betere omstandigheden op de kortegolf. In de loop van de week waren er talrijke uitbarstingen van zonnevlammen. De sterkste uitbarsting bereikte de M5-categorie in de vroege ochtend van 16 augustus. Het veroorzaakte een kortdurende radio-blackout boven de Indische Oceaan. Op 18 augustus deden zich alleen al in vierenhalf uur drie M-vlammen voor. Hierdoor kruiste de aarde een gebied met hoge zonnewindsnelheden en werd geraakt door de effecten van verscheidene coronalemassa-ejecties (CME’s). Donderdag kende daardoor momenten met kritische frequenties die daalden tot iets meer dan 5 MHz. Dit betekende dat DX vrijwel niet meer voorkwam boven de 14 MHz. Er waren echter ook momenten waarbij de propagatie opleefde met MUF’s over een 3.000km-pad die 21 MHz bereikten.

Een geomagnetische storm duwde de Kp-index naar 6 gedurende twee opeenvolgende periodes van zes uur op woensdagavond. Samen met een dalende van de zonneflux leidde dit vanaf donderdag tot merkbaar slechtere propagatie. De geomagnetische stormen leidden tot zichtbaar noorderlicht, dat ook in Nederland is waargenomen.

HF-vooruitzichten

De zonneactiviteit nam afgelopen dagen weer iets af, waarbij de dynamiek in het aardmagnetisch veld matig tot stormachtig bleef als gevolg van CME’s. NOAA verwacht dat de zonnefluxindex in de komende week zal dalen tot rond 100. Meer zonnevlammen van middelmatige kracht zijn waarschijnlijk, maar als de meest actieve zonnevlekkengroep volgende week van ons wegtrekt, zal de kans afnemen.

De MUF zal variëren tussen circa 9 MHz in de nacht tot 18 MHz overdag. DX-condities op de 20, 17 en 15 meter blijven goed, met sporadische openingen op 12 en 10 meter. Op de lagere banden verwachten we DX-openingen in de Stille Oceaan tijdens de schemering op atmosferisch rustige dagen.

Filmtip

Tenslotte nog een filmtip van Tom DF5JL: In maart 1989 zorgde de zwaarste kosmische storm van de 20e eeuw ervoor dat een elektriciteitscentrale zichzelf uitschakelde. Daarna lag het hele elektriciteitsnet van de Canadese provincie Quebec plat. In die tijd zette het World Wide Web zijn eerste stappen en stond satellietnavigatie nog in de kinderschoenen. Een soortgelijke zonnestorm vandaag zou veel dramatischer gevolgen kunnen hebben.

In een half uur durende video voor de omroep Arte, gaat natuurkundige Tamitha Skov, ook bekend als ‘Space Weather Woman’, in op de gevaren van het ruimteweer. Voor ruimteweerexperts is het niet de vraag of ruimteweer onze technologische wereld uit het lood zal slaan, maar wanneer de tekenen wijzen op een storm. Helaas zijn de voorspellingsmogelijkheden voor dergelijke gebeurtenissen nog niet veel beter dan die van gewone weersvoorspellingen in de jaren vijftig van de vorige eeuw.

De Duitstalige uitzending: Wie gefährlich ist das Weltraumwetter?

VHF en hoger

Inmiddels hebben we het gebruikelijke patroon met wisselvallig weer en zuidwestelijke windrichting weer terug. De kaarten op DX Info Centre tonen instabiele gebieden en soms redelijke condities tussen het zuiden van Nederland en Bretagne.

Sporadische-E (Es)

Nu de Perseïden achter ons liggen, wordt Sporadische-E weer zeldzamer. Er is nog wel een kleine in de eerste week van september. Bij zulke vluchtige gebeurtenissen zul je vaak merken dat de digitale modes een potentiële richting kunnen aangeven om te verkennen, beginnend op 10 meter en dan migrerend naar 6 meter als een gebeurtenis zich ontwikkelt.

De belangrijkste drijvende kracht achter het patroon van de bovenlucht is een brede hoogtetrog boven het Verenigd Koninkrijk die zich zuidwaarts uitstrekt vanuit een hoog laag boven IJsland. Er wordt weinig grootschalige beweging verwacht in dit deel van het patroon. Dat wijst op verschillende mogelijkheden om zowat het hele scala van richtingen inclusief short skip op de HF banden. Er is een secundair kenmerk boven de Adriatische Zee, een langzaam bewegend hoog laag met een zwakke straalstroomcirculatie eromheen en een aantal zware onweersbuien in de buurt. Het zal een beetje in oostelijk richting trekken, maar in de loop van de tijd verzwakken. Dit bevordert de kans op een hop in die richting.

Aurora

De zonneactiviteit heeft de laatste tijd voor aurora-condities gezorgd. Vergeet daarom dus niet de Kp-index in de gaten te houden. Naast het gebruik van de traditionele 10-, 6-, en soms 2m-band voor dit doel, kunnen zelfs ‘hol en waterig’ klinkende 80m-signalen een aanwijzing geven voor VHF-aurora. Ook op Poollicht.be kan je bijna realtime controleren of (zichtbare) aurora voorkomt.

Meteoorscatter

Meteoorscatter is altijd een optie als al het andere faalt. Vooral in de vroege ochtenduren zijn er kansen.

EME

De komende dagen staat de maan hoog boven de evenaar en zijn er lange EME-tijdvensters, maar de afstand tot de aarde is dinsdag maximaal en dus zijn de padverliezen op hun hoogst. De 144MHz-ruis is matig en dalend. Wees je er echt van bewust dat de zon en maan dicht bij eclips zijn komende zaterdagochtend, wat betekent dat er veel ruis van de zon is voor een tijdje.

 

Over zonnefluxindex, zonnevlekkengetal en Kp-index

De zonnefluxindex (SFI) is een maat voor de ionisatiegraad van de ionosfeer. De SFI heeft een waardenbereik van 50 tot 300. Lage waarden signaleren doorgaans slechte of matige HF-condities en hoge juist goede (een hoge MUF). Tijdens de piek van een zonnevlekkencyclus meten we waarden van meer dan 200, met kortdurende uitschieters naar 300.

Het zonnevlekkengetal is een maat voor de activiteit van de zon. Ook nu geldt, hoe hoger de waarde, des te gunstiger voor de HF-propagatie (op hogere banden). De zonneactiviteit kan als volgt ingedeeld worden aan de hand van het zonnevlekkengetal: laag: 0-30, gematigd: 30-60, hoog: 60-90, zeer hoog: 90-120, intensief: > 120.

De Kp-index is een maat voor de magnetische fluctuaties in de ionosfeer. Lage waarden zijn gunstig voor de HF-propagatie. Vanaf een waarde van 2 beginnen HF-condities te degraderen. Boven de 5 is er sprake van ernstige verstoring en vanaf 7 kunnen zelfs radio-blackouts voorkomen, waarbij HF-communicatie volledig uitvalt. Bij hogere Kp-indexwaarden (vanaf ongeveer 3) neemt de kans op aurora overigens toe.

De beste HF-condities op de hogere banden zijn dus te verwachten bij een hoge zonnefluxindex, een hoog zonnevlekkengetal en een lage Kp-index.

Over maximaal bruikbare frequentie (MUF) en kritische frequentie

De maximaal bruikbare frequentie (MUF) is de frequentie waarbij de verwachting is dat radiosignalen nog zullen reflecteren tegen de ionosfeer voor paden van 3000 km. Voor paden korter dan 3000 km zal de MUF lager zijn omdat de opstralingshoek steiler is, waardoor radiosignalen makkelijker door de ionosfeer heen dringen.

De frequentie waarbij nog reflectie optreedt terwijl de opstralingshoek 90 graden is (verticaal), heet de kritische frequentie.

 


Tom PC5D stelt het propagatienieuws samen. Bij de samenstelling maakt hij onder andere gebruik van de voor Nederland relevante informatie uit de volgende bronnen: het wekelijkse RSGB Propagation News, DX Info Centre, HF-Referat DARC, Poollicht.be en Make More Miles on VHF. Propagatienieuws maakt ook deel uit van het radiojournaal van de Zuid-Limburgse zondagochtendronde. De audio-opname van deze ronde is terug te luisteren op a22.veron.nl.