Propagatienieuws – week 50, 2022

PropagatienieuwsDeze week in Propagatienieuws:

Propagatienieuws wordt samengesteld door Tom Koeken (PC5D).

HF

Sinds woensdag is de zon een stuk actiever, met een reeks zonnevlammen, waaronder een aantal van de M-klasse. Vooral regio 3165, op het zuidelijk halfrond, vuurde woensdag dertien M-klasse-zonnevlammen af, waarvan vijf binnen anderhalf uur. Deze röntgenstraling leidde tot een hoge demping in het D-gebied, een hele reeks Mögel-Dellinger-effecten was het gevolg, die een storend effect hadden op de voortplanting van radiogolven tot 15 MHz.

Momenteel tonen de zonnebeelden negen zonnevlekgebieden. De actieve regio’s AR 3163 en 3165 hebben een complexe structuur en zijn de bron van de huidige uitbarstingen. Maar regio 3166 trekt ook de aandacht van waarnemers vanwege de huidige ontwikkeling.

De energie waarmee de zon de ionosfeer voedt, is duidelijk merkbaar op de hogere HF-banden. Zo was XW4KV uit Laos zaterdagochtend vroeg al te ontvangen op 28.074 kHz in FT8. Sommige radioamateurs hebben echter de indruk dat, ondanks de vrij hoge zonnefluxindex van ongeveer 150 tot 160 eenheden, de omstandigheden gematigd zijn. Er moet rekening mee worden gehouden dat in de 10m-band het radiopad gewoonlijk over de dagzijde van de aarde loopt. Door de nabijheid van de winterzonnewende is het daglichtbereik op het noordelijk halfrond echter vrij klein. En daardoor zijn de DX-mogelijkheden op de 10m-band ruimtelijk beperkt.

Dat de propagatie desondanks niet slecht is, blijkt uit de maximaal bruikbare frequentie voor een afstand van 3000 km. Deze varieert momenteel tussen 9 MHz in de nacht en komt alle dagen boven de 30 MHz, met soms uitschieters richting 38 MHz. De 20-meterband is al één tot twee uur voor zonsopgang in oostelijke richting geopend.

Na zonsopgang  gaat dan ook 10 meter open, maar slechts voor maximaal zeven uur vanwege de korte duur van de dag. De 20m-band sluit één tot twee uur na zonsondergang, maar kan op sommige dagen langer open blijven. In de nacht is de 40m-band continu open. De 30m-band kan echter slechts onregelmatig worden gebruikt, omdat vooral in de tweede helft van de nacht MUF3000 tussen 9 en 11 MHz beweegt. Bij toenemende magnetische storing dalen de waarden eveneens. In het algemeen heeft een levendig geomagnetisch veld een verstorend effect op de propagatie in de lage banden, die ’s nachts in de winter de favoriete DX-banden zijn.

HF-vooruitzichten

Momenteel is de zonneactiviteit matig met een röntgenachtergrondflux van C-klasse of lagere M-klasse. De snelheid van de zonnewind is laag, ongeveer 320 tot 340 km/s. Er zijn slechts enkele filamenten op de zichtbare zonneschijf. De geomagnetische omstandigheden zijn grotendeels rustig. Dit kan echter zondag of maandag veranderen. Twee kleinere uitbarstingen van coronale massa zouden dan de aarde kunnen bereiken, die kunnen worden versterkt door de hogesnelheidsstroom van het coronale gat CH54. De hoge snelheidsstroom van coronaal gat CH55 zou dan op maandag of dinsdag de aarde moeten bereiken, waardoor de zonnewindsnelheden verder toenemen. Dit vermindert de DX-kansen op de lagere kortegolfbanden aan het begin van de week.

NOAA verwacht voor de komende week een licht dalende zonnefluxindex van 160 tot 150 en een Kp-index van 2 of 3. De omstandigheden zullen dus vergelijkbaar zijn met die van de afgelopen dagen. De winterzonnewende heeft zijn hoogtepunt op 21 december om 21:48 UTC. Vanaf dan worden de dagen weer langer. Dat gaat echter langzaam: tot het einde van het jaar zal het slechts 10 minuten zijn.

VHF en hoger

Tropo

Op zondag schuift een hogedrukgebied over Duitsland richting Slowakije. Aan de randen van een dergelijk gebied zijn de parameters voor windprofiel, vochtgehalte en temperatuur vaak gunstig. Ook in dit geval zou het op zondagochtend moeten leiden tot een gebied met wat betere tropocondities boven Frankrijk dat zich later verplaatst naar Duitsland.

Op windy.com is goed te zien dat in de dagen daarna een regengebied passeert. Dit kan leiden tot enkele regen- en sneeuwscatter-mogelijkheden zijn voor de GHz-banden.

Aurora

De kans op aurorapropagatie zijn op korte termijn erg klein door de lage Kp-index en het feit dat het interplanetaire magneetveld momenteel noordelijk is en daardoor tot minder sterke effecten leidt.

Sporadische-E

Tot ongeveer half januari is er een winters Sporadisch-E-seizoen. De combinatie van krachtige straalstromen en meteoren zullen hier aan bijdragen. Dit seizoen is minder sterk dan in de zomer, maar er kunnen bruikbare openingen zijn op 10, 6 en misschien 4 m. Houd de hogere banden in de gaten voor afnemende skipafstand. Gebruik DX-clusters van 10 tot 4 meter en op Propquest onder andere de EPI-kaarten om de meest waarschijnlijke gebieden voor Es te vinden.

Meteoorscatter

Nu de Geminiden-regen over zijn hoogtepunt heen is, zijn er deze week twee kleinere buien om naar uit te kijken. De Leonis Minoriden zijn actief van 5 december tot 4 februari en bereiken een maximum op 20 december met een lage Zenithal Hourly Rate (ZHR) van ongeveer 5. De Ursiden zijn actief van 17 tot 26 december en bereiken een maximum op 22 december eveneens een lage ZHR, van ongeveer 10

EME

De maandeclinatie is sinds 17 december negatief, waardoor de EME-tijdvensters korter worden en de zenithoeken afnemen. EME-padverliezen nemen af nu we op weg zijn naar het perigeum (kortste afstand aarde-maan) op kerstavond. 144MHz-hemelruis neemt de hele week toe en op vrijdag komen we dicht bij een eclips, met hoge ruisniveaus tijdens de maanpassage als gevolg.

 

 


Over zonnefluxindex, zonnevlekkengetal en Kp-index

De zonnefluxindex (SFI) is een maat voor de ionisatiegraad van de ionosfeer. De SFI heeft een waardenbereik van 50 tot 300. Lage waarden signaleren doorgaans slechte of matige HF-condities en hoge juist goede (een hoge MUF). Tijdens de piek van een zonnevlekkencyclus meten we waarden van meer dan 200, met kortdurende uitschieters naar 300.

Het zonnevlekkengetal is een maat voor de activiteit van de zon. Ook nu geldt, hoe hoger de waarde, des te gunstiger voor de HF-propagatie (op hogere banden). De zonneactiviteit kan als volgt ingedeeld worden aan de hand van het zonnevlekkengetal: laag: 0-30, gematigd: 30-60, hoog: 60-90, zeer hoog: 90-120, intensief: > 120.

De Kp-index is een maat voor de magnetische fluctuaties in de ionosfeer. Lage waarden zijn gunstig voor de HF-propagatie. Vanaf een waarde van 2 beginnen HF-condities te degraderen. Boven de 5 is er sprake van ernstige verstoring en vanaf 7 kunnen zelfs radio-blackouts voorkomen, waarbij HF-communicatie volledig uitvalt. Bij hogere Kp-indexwaarden (vanaf ongeveer 3) neemt de kans op aurora overigens toe.

De beste HF-condities op de hogere banden zijn dus te verwachten bij een hoge zonnefluxindex, een hoog zonnevlekkengetal en een lage Kp-index.

Over maximaal bruikbare frequentie (MUF) en kritische frequentie

De maximaal bruikbare frequentie (MUF) is de frequentie waarbij de verwachting is dat radiosignalen nog zullen reflecteren tegen de ionosfeer voor paden van 3000 km. Voor paden korter dan 3000 km zal de MUF lager zijn omdat de opstralingshoek steiler is, waardoor radiosignalen makkelijker door de ionosfeer heen dringen.

De frequentie waarbij nog reflectie optreedt terwijl de opstralingshoek 90 graden is (verticaal), heet de kritische frequentie.

 

 


Tom PC5D stelt het propagatienieuws samen. Bij de samenstelling maakt hij onder andere gebruik van de voor Nederland relevante informatie uit de volgende bronnen: het wekelijkse RSGB Propagation News, DX Info Centre, HF-Referat DARC, Poollicht.be en Make More Miles on VHF. Propagatienieuws maakt ook deel uit van het radiojournaal van de Zuid-Limburgse zondagochtendronde. De audio-opname van deze ronde is terug te luisteren op a22.veron.nl.