Oefenen in noodcommunicatie
Als alle normale communicatie uitvalt springen zendamateurs in. Zij zijn namelijk in staat om onder moeilijke omstandigheden verbindingen tot stand te brengen. Dan moet je wel oefenen in noodcommunicatie. In Nederland komen rampen van een dergelijke omvang niet vaak voor. De watersnoodramp van 1953 is een goed voorbeeld hoe groot de ramp moet zijn, wil alles uitvallen. Ook toen hebben zendamateurs de communicatie verzorgd. Zij waren de eersten, die de ramp meldden aan de buitenwereld. Op kleinere schaal kan er ook van alles misgaan met normale communicatielijnen. En ook dan staan zendamateurs paraat. Op andere plaatsen in de wereld komen grote rampen veel vaker voor. Denk maar even aan orkanen en aardbevingen. Ook oorlogen en aanvallen op de infrastructuur kunnen de normale communicatielijnen platleggen.