Propagatienieuws – week 23, 2022

PropagatienieuwsDeze week in Propagatienieuws:

Propagatienieuws wordt samengesteld door Tom Koeken (PC5D).

HF

De opwaartse trend in de zonneactiviteit heeft deze week een kleine terugslag gekend, want de verhoopte opleving is aanvankelijk op niets uitgelopen. De zichtbare actieve gebieden ontwikkelden zich niet verder, de flare-activiteit viel stil en de beginnende opleving kwam abrupt tot stilstand.

De zonnefluxindex SFI was afgelopen week circa 100 en er zijn geen noemenswaardige coronale massa-ejecties geweest zodat de Kp-index al meer dan een week onder de drie is gebleven. De MUF schommelde rond 20 MHz, boven 21 MHz heerste bijna alleen sporadisch E.

Luister op 10 meter tijdens de piekuren van midden tot laat in de ochtend en midden tot laat in de middag. De vroege avond kan ook voor verrassingen zorgen. Alleen al omwille van de nieuwigheid, luister uit naar de HB9HD 10m repeater op 29.650MHz in Zwitserland, compleet met zijn muzikale box identificatie.

Woensdag was hierbij opmerkelijk. Voor het eerst dit kalenderjaar waren er gedurende een paar uur geen zonnevlekken bij een SFI van 100. Deze situatie grijp ik even aan om stil te staan bij enkele veelgebruikte indicators voor de propagatie.

Indicatoren

De SFI wordt eenmaal per dag berekend uit een vast meetprotocol dat rond 2200 UTC wordt uitgevoerd. Dit is dus een momentopname. Uit het protocol volgt ook dat de minimumwaarde boven de 60 ligt. Met speciale apparatuur kan het aantal zonnevlekken zichtbaar worden gemaakt. Ook hiervoor geldt een protocol om de uiteenlopende grootte te wegen. Het hangt van de website af hoe vaak het getal voor de zonnevlekken wordt ververst. Voor propagatie zijn vooral de zonnevlekken in het röntgen en (extreem) ultraviolet gebied relevant.

De Kp index geldt voor de gehele planeet en deze waarde volgt uit realtime metingen van het aardmagnetische veld op verschillende plekken op aarde. Het KMI in Dourbes publiceert elke dag frequent de lokale K index voor het zuiden van België. De Kp index was vorig weekend laag terwijl in het Zweedse Kiruna sprake was van een aardmagnetische storm.

Röntgenmetingen met satellieten geven een praktisch realtime beeld van de dynamiek op de zon. Het zijn 1 minuten gegevens, en het betreft de voor ionisatie belangrijke golflengten. Indien je er mee vertrouwd bent dan geeft de GOES-x-ray-flux grafiek het meest actuele beeld.

HF-vooruitzichten

Voor de komende week verwachten ruimteweerwaarnemers de terugkeer van de voormalige actieve gebieden 3014 en 3017, die aan het begin van de week in ons gezichtsveld zouden moeten komen.

NOAA verwacht dat de SFI zal toenemen tot 120. De MUF zal daarbij variëren van 14 MHz in de nacht tot 22 MHz overdag. Dit zou de situatie op de bovenste banden moeten verbeteren, vooral ’s morgens en ’s avonds. Het magnetisch veld van de aarde blijft voorlopig overwegend rustig, zodat verbindingen over de poolpaden ook beter zouden moeten lopen.

In het algemeen kan worden gesteld dat cyclus 25 zich beter ontwikkelt dan verwacht. Het aantal zonnevlekken in mei 2022 was twee keer zo hoog als voorspeld door het Amerikaanse weerbureau NOAA. Dit suggereert een relatief sterk zonnemaximum in het begin van 2025. Helio4cast – een in Oostenrijk gevestigde groep wetenschappers die zich bezighoudt met fundamenteel en toegepast ruimteweeronderzoek – heeft de werkelijke zonnevlekkencijfers vergeleken met een selectie van referentiewaarden. De huidige zonnevlekkenaantallen zijn aanzienlijk hoger dan de “officiële voorspelling” van het NOAA Solar Cycle Prediction Panel in 2019. In een grafiek op de Helio4cast website  toont één curve het gemiddelde van alle zonnecycli sinds 1750, terwijl een andere curve een nieuwe voorspelling weergeeft op basis van de Termination Event. De huidige zonnevlekkencijfers zijn het met beide eens. Zelfs als zonnecyclus 25 slechts gemiddeld zou zijn, zou hij de lage verwachtingen tot nu toe ver overtreffen.

VHF en hoger

We beginnen de week met hogedruk boven het vasteland van Europa. De dxinfocentre.com kaarten tonen goede tropocondities van midden Duitsland langs het Kanaal richting Noord-Spanje. De situatie zal echter variëren afhankelijk van tijd en de verdere ontwikkeling van de weersituatie

Sporadische-E

Er zijn altijd Sporadic-E kansen in juni, met veel goede openingen gemeld in de afgelopen zeven dagen. Zo waren vrijdagochtend plotseling signalen uit Japan, China, Mongolië en Zuid-Korea te horen in de 6 m-band, sommige met sterke veldsterktes. De beter uitgeruste stations hebben op 6 m ook Noord-Amerika kunnen loggen. Vanuit noord Duitsland zijn in FT8 ook Es signalen gerapporteerd op 2m naar Noord -Spanje maar dat kan mogelijk ook tropo zijn geweest (zie vorige alinea)

Meteoorscatter

De eerste helft van juni is een van de beste periodes van het jaar voor meteoren scatter-DXing bij daglicht, maar wordt vaak gemaskeerd door Sporadic-E propagatie. We hebben vorige week al de piek gezien van twee meteorenregens overdag, namelijk de Arietiden en de zeta-Perseiden, maar omdat ze beide gekenmerkt worden door een breed maximum en een hoge ZHR-waarde, blijven ze nuttig. De beste tijd om ze te zien is vroeg in de ochtend voor noordnoordoostelijke en zuidzuidwestelijke richtingen, en vroeg in de middag voor noordnoordwestelijke en zuidzuidoostelijker richtingen.

EME

Als de maan dinsdag het perigeum nadert, het dichtste punt bij de aarde, zijn de padverliezen voor EME het laagst. Dit valt helaas samen met minimum declinatie op woensdag, met korte maan zichtbaarheid vensters en lage piek maan elevatie. 144MHz hemel ruis zal pieken op dinsdag en woensdag bij iets meer dan 3100K.

 

______

Over zonnefluxindex, zonnevlekkengetal en Kp-index

De zonnefluxindex (SFI) is een maat voor de ionisatiegraad van de ionosfeer. De SFI heeft een waardenbereik van 50 tot 300. Lage waarden signaleren doorgaans slechte of matige HF-condities en hoge juist goede (een hoge MUF). Tijdens de piek van een zonnevlekkencyclus meten we waarden van meer dan 200, met kortdurende uitschieters naar 300.

Het zonnevlekkengetal is een maat voor de activiteit van de zon. Ook nu geldt, hoe hoger de waarde, des te gunstiger voor de HF-propagatie (op hogere banden). De zonneactiviteit kan als volgt ingedeeld worden aan de hand van het zonnevlekkengetal: laag: 0-30, gematigd: 30-60, hoog: 60-90, zeer hoog: 90-120, intensief: > 120.

De Kp-index is een maat voor de magnetische fluctuaties in de ionosfeer. Lage waarden zijn gunstig voor de HF-propagatie. Vanaf een waarde van 2 beginnen HF-condities te degraderen. Boven de 5 is er sprake van ernstige verstoring en vanaf 7 kunnen zelfs radio-blackouts voorkomen, waarbij HF-communicatie volledig uitvalt. Bij hogere Kp-indexwaarden (vanaf ongeveer 3) neemt de kans op aurora overigens toe.

De beste HF-condities op de hogere banden zijn dus te verwachten bij een hoge zonnefluxindex, een hoog zonnevlekkengetal en een lage Kp-index.

Over maximaal bruikbare frequentie (MUF) en kritische frequentie

De maximaal bruikbare frequentie (MUF) is de frequentie waarbij de verwachting is dat radiosignalen nog zullen reflecteren tegen de ionosfeer voor paden van 3000 km. Voor paden korter dan 3000 km zal de MUF lager zijn omdat de opstralingshoek steiler is, waardoor radiosignalen makkelijker door de ionosfeer heen dringen.

De frequentie waarbij nog reflectie optreedt terwijl de opstralingshoek 90 graden is (verticaal), heet de kritische frequentie.

 

______

Tom PC5D stelt het propagatienieuws samen. Bij de samenstelling maakt hij onder andere gebruik van de voor Nederland relevante informatie uit de volgende bronnen: het wekelijkse RSGB Propagation News, DX Info Centre, HF-Referat DARC, Poollicht.be en Make More Miles on VHF. Propagatienieuws maakt ook deel uit van het radiojournaal van de Zuid-Limburgse zondagochtendronde. De audio-opname van deze ronde is terug te luisteren op a22.veron.nl.