Propagatienieuws – week 23, 2023

PropagatienieuwsDeze week in Propagatienieuws:

 Propagatienieuws wordt samengesteld door Tom Koeken (PC5D).

HF

De verwachting van afgelopen week is grotendeels uitgekomen. De zonnefluxindex (SFI)  varieerde tussen de 160 en 180. Elke dag registreerden ruimteweerwaarnemers tot dertig kleinere C-klasse-zonnevlammen. Er waren nauwelijks M-vlammen, de grootste was een M4.5-zonnevlam op woensdag. Als gevolg daarvan was er een radio-blackout boven Afrika en Europa.

Weinig krachtige zonnevlammen betekent weinig uitbarstingen van coronale massa en dus weinig verstoring van het aardmagnetisch veld. Hierdoor waren de polaire paden open, bijvoorbeeld naar de Stille Oceaan naar de Kiribati-eilanden.

Het dagelijkse verloop van de maximale bruikbare frequenties wordt momenteel duidelijk gekenmerkt door de zomerperiode, met overdag relatief lage MUF-waarden, maar hoge waarden in de nacht.

De ionosondes laten dit zien aan de hand van hun MUF3000-waarden: de 20-meterband blijft de hele tijd open, 17 meter sluit maar kort, en 15 meter levert DX tot (soms ver) na middernacht. Schakel dus niet te vroeg in het donker over naar de lagere banden als je DX-verbindingen zoekt.

De keerzijde van deze medaille is dat 12 en 10 meter niet continu open zijn. Voor DX moeten we wachten tot de herfst of gebruik maken van de multi-hop-paden met Sporadische-E.

HF-vooruitzichten

De komende week zou de zonnefluxindex tussen 150 en 160 eenheden moeten blijven schommelen. Voor de komende dagen blijft de Kp-index 2 à 3 en blijft het aardmagnetische veld dus rustig. Later in de week wordt verwacht dat meer grote vlekgroepen naar de voor ons zichtbare kant van de zon zullen draaien. Dit verhoogt het risico op krachtige vlammen en uitbarstingen van coronale massa (CME’s) en dus ook op magnetische stormen eind volgende week.

VHF en hoger

Tropo

Het huidige weer is vrij typisch voor deze tijd van het jaar en kan opmerkelijk hardnekkig zijn. Het hogedrukgebied dat afgelopen week ons weer bepaalde is opgeschoven naar de Baltische landen. Hierdoor wordt warme droge lucht aangevoerd uit het oosten. Bij het dagelijkse opwarmen en afkoelen is wat verbeterde propagatie te verwachten, maar de echt sterke tropo is alleen boven de Noordzee te verwachten.

Sporadische-E

Sporadische-E leverde afgelopen week een aantal opmerkelijke mogelijkheden op 50 MHz met FT8-QSO’s met Japan en het Midden Oosten in de ochtend, Australië gedurende de dag en middag, en ’s avonds openingen naar het Caribisch gebied, Centraal, Noord- en Zuid-Amerika op FT8 en CW. Caribische signalen waren neembaar rond 22:00 UTC op sommige dagen. Op 5 juni was er ook een goede opening op 70MHz met onder andere S01WS in de Westelijke Sahara.  We zijn nog steeds in de piek Sporadische-E-seizoen. Het is dus de moeite waard om de VHF-banden goed in de gaten te houden, met name in de late namiddag.

Meteoorscatter

Juni staat bekend om de terugkeer van drie opmerkelijke meteoorregens overdag. De grote buien Arietiden en ζ-Perseiden, met een piek op respectievelijk 7 en 10 juni in 2023, worden beide gekenmerkt door een breed maximum (met mogelijke submaxima) en een hoge ZHR-waarde. Daardoor is de eerste helft van juni een van de beste perioden van het jaar is voor MS-DXing bij daglicht. Merk op dat de twee maxima de neiging hebben in elkaar over te lopen. Bovendien zijn er aanwijzingen dat deze twee buienmaxima in juni nu elk tot een dag later vallen dan hierboven aangegeven. Voor beide buien komt de straling heel laat in de nacht boven de horizon en culmineert in de late ochtend aan de Europese hemel. In Centraal-Europa (en lagere breedtegraden) is de stralingshoogte zelfs te hoog rond het middaguur, waardoor de radio-efficiëntie daalt. Voor beide buien gaat de straler aan het eind van de middag onder. Voor waarnemers in Centraal-Europa is de beste geometrische efficiëntie te vinden in de vroege ochtend (voorkeur voor N-NO en S-ZW richtingen) en vroege middag (voorkeur voor N-NO en S-ZO richtingen).

Aurora

Voor de komende dagen is de Kp-index te laag voor Aurora.

EME

De declinatie van de maan is nog steeds negatief tot maandag, en omdat we voorbij perigeum zijn, zullen we langer wordende EME-tijdvensters hebben en toenemende padverliezen. 144MHz-hemelruis is gering gedurende de hele week.

 

 


Over zonnefluxindex, zonnevlekkengetal en Kp-index

De zonnefluxindex (SFI) is een maat voor de ionisatiegraad van de ionosfeer. De SFI heeft een waardenbereik van 50 tot 300. Lage waarden signaleren doorgaans slechte of matige HF-condities en hoge juist goede (een hoge MUF). Tijdens de piek van een zonnevlekkencyclus meten we waarden van meer dan 200, met kortdurende uitschieters naar 300.

Het zonnevlekkengetal is een maat voor de activiteit van de zon. Ook nu geldt, hoe hoger de waarde, des te gunstiger voor de HF-propagatie (op hogere banden). De zonneactiviteit kan als volgt ingedeeld worden aan de hand van het zonnevlekkengetal: laag: 0-30, gematigd: 30-60, hoog: 60-90, zeer hoog: 90-120, intensief: > 120.

De Kp-index is een maat voor de magnetische fluctuaties in de ionosfeer. Lage waarden zijn gunstig voor de HF-propagatie. Vanaf een waarde van 2 beginnen HF-condities te degraderen. Boven de 5 is er sprake van ernstige verstoring en vanaf 7 kunnen zelfs radio-blackouts voorkomen, waarbij HF-communicatie volledig uitvalt. Bij hogere Kp-indexwaarden (vanaf ongeveer 3) neemt de kans op aurora overigens toe.

De beste HF-condities op de hogere banden zijn dus te verwachten bij een hoge zonnefluxindex, een hoog zonnevlekkengetal en een lage Kp-index.

Over maximaal bruikbare frequentie (MUF) en kritische frequentie

De maximaal bruikbare frequentie (MUF) is de frequentie waarbij de verwachting is dat radiosignalen nog zullen reflecteren tegen de ionosfeer. Voor paden korter dan 3000 km zal de MUF lager zijn omdat de opstralingshoek steiler is, waardoor radiosignalen makkelijker door de ionosfeer heen dringen.

De frequentie waarbij nog reflectie optreedt terwijl de opstralingshoek 90 graden is (verticaal), heet de kritische frequentie.

 

 


Tom PC5D stelt het propagatienieuws samen. Bij de samenstelling maakt hij onder andere gebruik van de voor Nederland relevante informatie uit de volgende bronnen: het wekelijkse RSGB Propagation News, DX Info Centre, HF-Referat DARC, Poollicht.be, Make More Miles on VHF, Met Office en NOAA. Propagatienieuws maakt ook deel uit van het radiojournaal van de Zuid-Limburgse zondagochtendronde. De audio-opname van deze ronde is terug te luisteren op a22.veron.nl.